‘Biodiversiteit begint met diversiteit in het landschap’
Met hoogstammen, heggen en poelen creëer je hiervoor de basis
Behalve de vereiste ANLb-activiteiten kun je als particuliere bezitter van agrarische gronden nog veel extra’s doen om natuurinclusiever te werken. Samen kunnen we een hele mooie plus toevoegen aan de activiteiten van de agrariërs. Ed en Sonja Gubbels, eigenaren van maar liefst vier hectare, waarvan ruim de helft het perceel Keerestraat in Eckelrade vormt, inspireerden onlangs ruim veertig van onze leden.
“Sonja komt van een gemengd landbouwbedrijf hier in Limburg”, legt Ed uit, “en we wilden graag eigen grond. In 1978 hebben we daarom driekwart hectare aan weiland gekocht van mijn schoonouders.” ‘Dankzij’ de ruilverkavelingscommissie kwam hun grond in 1998 pas beschikbaar, maar twintig jaar wachten heeft Ed en Sonja niet minder gemotiveerd gemaakt om hier aan de slag te gaan met het behoud en het herstel van de biodiversiteit.
Maaien en niet meer bemesten
“We zijn vanaf dag één gaan verarmen”, vertelt Ed, die de afgelopen vijfentwintig jaar, samen met Sonja, uitbreidde tot zo’n vier hectare. “Überhaupt stap één in het natuurinclusiever maken van grond: maaien en niet meer bemesten is het credo! Alles hangt af van de rijkheid van de bodem. Dit vergt een lange adem, maar het heeft tenslotte ook decennia geduurd om de grond te ‘verrijken’. Dat geduld wordt beloond, bleek wel na vijftien jaar, toen Ed en Sonja ineens de harige ratelaar massaal zagen opkomen. “Die was lang verdwenen uit het Limburgse landschap.” Door af en toe maaisel van bloemrijke graslanden op te brengen, zien ze langzaam maar zeker meer plant- en diersoorten terugkomen. Van de gulden sleutelbloem en de beemdkroon tot inheemse orchideeën, pyjamawantsen, vuurvliegjes, Spaanse vlaggen, klaverblauwtjes, gaffelwaterjuffers en vroedmeesterpadden. Tot nu toe zijn er in het perceel meer dan zeshonderd soorten waargenomen.
Wist je dat:
Ratelaarsoorten de grasgroei afremmen en daardoor bijdragen aan de lokale verhoging van de botanische diversiteit?
Diversiteit in het landschap
Deze uitbreiding van soorten komt overigens niet uitsluitend door het verarmen van de grond, benadrukt Ed. “Biodiversiteit begint met diversiteit in het landschap, het stofferen ervan. Met hoogstammen, heggen en poelen creëer je hiervoor de basis.” Vooral hoogteverschillen zijn een zegen voor de biodiversiteit, vervolgt hij. “Die leiden tot nattere en drogere plekken en tot temperatuurverschillen die een verscheidenheid aan soorten aantrekken. Hoogstambomen en heggen zorgen bijvoorbeeld voor extra beschutting en schaduw, waardoor voor allerlei vogelsoorten zoals de kneu en de geelgors weer (beter) kunnen overleven. En als je op de juiste manier poelen aanlegt, weet je niet wat je ziet! Vogels, die dit water beschouwen als een drinkplaats, een verscheidenheid aan amfibieën, zoals salamanders, kikkers, padden, maar ook libellen en andere insecten. Aan libellen alleen al, hebben wij zo’n vijftien soorten (dat we nú weten).”
Poelen en structuur
“Wanneer je poelen aanlegt”, adviseert hij, “hou dan rekening met het niveau van het grondwater en zorg voor structuur rondom. Ik heb dat bijvoorbeeld gedaan door muren te bouwen met mergelbrokken. Muren met veel holtes, waar salamanders, hagedissen, slakken, mieren, pissebedden en nog veel meer soorten in wegkruipen. De eerste keer dat ik zo’n muurtje deels afbrak, wist ik niet wat ik zag! Het is een ecosysteem op zichzelf.” Zijn grote trots rondom één van zijn poelen is de vroedmeesterpad, vertelt Ed. In Nederland en België een beschermde diersoort. “De vroedmeesterpad is een poelrandpad, die zo’n vijftig meter rondom de poel leeft.” Dat er voldoende “veilige” ruimte met beschutte plekjes rond die poel is, is belangrijk voor de voortplanting benadrukt hij. “Na de paring wordt het eisnoer namelijk niet afgezet in het water, maar wikkelt het mannetje het om zijn achterpoten. Pas wanneer de larven uitkomen, wordt het water opgezocht en worden de larven afgezet.” De roep van de vroedmeesterpad is een hele bijzondere, vertelt hij. “En klinkt als een klokkenspel als ze in koor ‘roepen’. Wanneer dat zo rond zonsondergang begint, voel ik mij een gelukkig mens.”
Tip
‘Poelen moet je eens in de zoveel tijd leeghalen. Onder andere om de pad niet te laten verstikken. Wanneer er veel leven in poel is, schoon dan ieder jaar de helft op.’
Deel 2 van het interview en meer inspiratie lees je in onze volgende nieuwsbrief!